bereiding

Voorbereiding

1. 1

   Snij de zalmfilets in stukjes. Hak de sjalotten, lente-uitjes en dille fijn. Snij de wortelen in stukjes. 

2. 2

   Roer 1 lente-uitje door de zure room en voeg wat limoensap, peper en zout toe. Zet koel weg.

3. 3

   Week het toastbrood in melk en knijp uit. Mix de zalm fijn met de room en het geweekte brood. Zet koel weg.

4. 4

   Kook de wortelen in een beetje lichtgezouten water gaar. Giet af en laat uitlekken.

5. 5

   Roer de sjalotjes samen met de lente-ui en de dille door de vismassa. Voeg de eieren,
   de worteltjes en 100 g paneermeel toe. Kneed tot een stevige massa. Maak afgeplatte balletjes en haal ze door de rest van het paneermeel.

6. 6

   Bak de zalmkoekjes aan beide kanten goudbruin in 3 el olie. Laat uitlekken. Serveer met de dipsaus, rucola en een partje limoen.