bereiding

1. 1

   Kook prei, wortels en venkel met het venkelzaad en de sinaasappelrasp 5 à 7 minuten in de bouillon. Giet af. Doe de vis bij de groenten en hou warm.

2. 2

   Maak de saus. Smelt de boter in een steelpan. Fruit de sjalotjes. Voeg het pocheervocht en de witte wijn toe, en laat voor de helft inkoken. Giet de saus door een zeef. Voeg de saffraan toe. Roer goed. Laat nog eventjes inkoken. Voeg ten slotte de dooiers en het citroensap toe. Roer goed. Eindig met de room en kruid met peper en zout. Klop krachtig met een garde tot een schuimige massa.

3. 3

   Verdeel de vis en de groenten over de borden met wat kooknat. Lepel er wat saus over. Garneer met waterkers.Serveer met gekookte aardappelen.