bereiding

1. 1

   Verwarm de oven voor op 180°C. Pel en snipper de sjalot en de look. Meng het gehakt met het ei, de gesnipperde sjalot en knoflook, voeg de za’atar, peper, zout en het paneermeel toe en meng goed. Rol tot hapklare balletjes. Leg de balletjes op een met bakpapier beklede ovenschotel en besprenkel met olijfolie, zet gedurende 25 minuten in de oven.

2. 2

   Maak ondertussen de saus. Pel en snipper de ui en knoflook. Snij de courgette in blokjes. Schil de aardappel en snij in blokjes.

3. 3

   Doe de olijfolie in een stoofpot. Fruit er eerst de ui in. Voeg eens de ui glazig is gestoofd de tijm, za’atar, courgette, aardappel en knoflook toe. Roerbak kort en strooi er de eetlepel bloem over. Blus met de bouillon en roer om. Laat 20 minuten onder deksel garen. Doe de gespoelde spinazieblaadjes en het basilicum bij de saus. Mix fijn en breng op smaak met peper en zout.

4. 4

   Kook de rijst volgens de instructies op de verpakking. Leg de balletjes in de saus en serveer met basmatirijst.

Zo maak je van deze klassieke balletjes een échte

1. 1

   Lepel voor een feestelijke presentatie van de balletjes eerst de saus op een mooie serveerschaal. Leg er de balletjes op en verdeel er de verbrokkelde feta en granaatappelpitten over. Eindig met een snuifje za’atar.

2. 2

   Doe de rijst in een aparte schaal en serveer bij de balletjes.