bereiding

1. 1

   Voor de sorbet: snij het ontpitte vruchtvlees van de watermeloen in stukken en mix tot een gladde massa. Druk door een zeef en vang het sap op. Verwarm 200 ml water met de grenadine. Haal de siroop van het vuur en laat afkoelen. Schep de gemixte watermeloen met de gedroogde vijgen, de amandelen, de hazelnoten en de krenten door de siroop en laat opstijven in de koelkast (ongeveer 2 uur). Giet het mengsel in de ijsmachine en laat die draaien tot de sorbet klaar is (+/- 30 minuten). Heb je geen ijsmachine? Schep het mengsel dan in een laag, metalen bakje in de diepvries en roer elk halfuur. Als het ijs kristallen begint te vormen, moet je iets vaker roeren.

2. 2

   Voor de vijgen: breng de rode wijn met de kaneel en de honing aan de kook. Spoel de vijgen schoon en snij ze ongeschild in vieren. Voeg ze toe aan de rode wijn en breng aan de kook. Haal van het vuur en laat de vijgen in de wijn afkoelen. Schep de vijgen er met een schuimspaan uit. Laat het rodewijnmengsel opnieuw op hoog vuur tot ongeveer de helft inkoken. Neem het kaneelstokje eruit en breng op smaak met citroensap. Laat de saus opnieuw afkoelen. Schenk de sorbet in gekoelde glaasjes, leg er een gepocheerde vijg en een muntblaadje bovenop en overgiet met de saus.

3. 3

4. 4

5. 5

6. 6